
Duizelig
Cromeleque des Almendres
Anta Grande do Zambujeiro
Er was me verteld dat Évora zo'n mooie stad is. Toen dochter in Lissabon op het vliegtuig naar huis stapte, reed ik dus door naar het binnenland van Portugal en zette na een prachtige tocht mijn tent op een leeg veld op. Het was vlak na de maansverduistering, en de boer van wie het veld was bevestigde dat ik inderdaad Mars daar zo roodgoud zag glanzen onder de nog een beetje volle maan. En wees me op Uranus en Venus in twee andere hoeken van het zenith. De dagen erna exploreerde ik Evora, werelderfgoed van Unesco, en omgeving. Het is er inderdaad prachtig en heel bijzonder, maar de omgeving van de stad trof me nog het meest. Het is er vergeven van de menhirs (staande stenen) en dolmens (oude begraafplaatsen, of hunebedden), met overdadige Portugese namen. Van een dubbele cirkel menhirs, Cromeleque, wordt aangenomen dat het een observatorium was. De grootste menhir uit deze enorme kring staat precies in lijn met een alleenstaande een paar kilometer verderop, die weer in lijn is met de zonsopkomst tijdens de winterzonnewende. Deze constellatie is meer dan 7000 jaar oud. De boer wist me echter te vertellen dat sporen van bewoning in deze streek zijn aangetroffen die zo ver teruggaan als 25.000 jaar. Het duizelde me; het uitspansel met de planeten in full view, de wetenschap van eeuwen, wat zeg ik, millenia oude beschaving onder mijn voeten, en ik daar tussen hemel en aarde op een veldje met mijn tentje en beperkt bevattingsvermogen.