Het was een prachtige aflevering van zomergasten, die waarin Maxim Februari ons meenam door zijn wereld.Schoonheid is een mensenrecht, zo sprak hij, net voor of na de vertoning van de ontroerend mooie hedendaagse vertolking van de Stervende Zwaan, of laat het het fragment van Sinead O'Connor zijn geweest waarin ze een stuk van Gerschwin oefent en vertolkt.
Van zijn gevoel voor schoonheid had ik slechts een vermoeden, maar voor zijn heldere en scherpe denken bewonderde ik hem al. In bijgaand interview in Vrij Nederland stelt hij essentiele, soms filosofische, maar ook juridische vragen bij het enorm vertrouwen in - en leunen op - data dat de overheid meer en meer kenmerkt. De manier waarop met data wordt omgegaan kan een sterk vertekend beeld van de werkelijkheid geven, of in ieder geval leiden tot ongewenste gevolgtrekkingen. In bijgaand interview vind je daarvan voorbeelden.
Uit de praktijk van de grote gemeente waar ik nu werk hoor ik andere voorbeelden van de binnenbocht die instellingen soms kunnen nemen als ze hun handelen puur door data laten sturen. Bijvoorbeeld over de neiging om zonder pardon een fraudeonderzoek (heel belastend voor de burger) in te zetten wanneer een vrouw met een uitkering een autootje heeft gekocht. Dat kan tenslotte niet kloppen. Terwijl bij navraag de betrokken begeleider weet dat deze vrouw, zeer bewonderenswaardig, erin geslaagd is om van de uitkering steeds een beetje geld apart te zetten om haar autootje te kunnen bekostigen. Maxim's waarschuwingen over de werkelijkheid achter de data en vermommingen waarin het WARE soms schuil gaat, lijken op hun plek.